Language: Dutch
Just before the Dutch East India Company (VOC) was founded in 1602, the Dutch send the largest ever expedition to Asia, a flotilla of 13 ships under the command of admirals Jacob van Heemskerck and Wolfert Harmensz. Dodo's en Galjoenen contains the journal of the "Gelderland", the admirals ship of Wolfert Harmensz. It contains details on the battle of Bantam, where Wolfert defeated a Portugues armada of some 30 ships with only five ships at his disposal. But the journal is unique for another reason; it contains a bout a hundred high quality sketches and drawings made by the ship's resident artist of art, porcelain, humans and animals that were encountered on this expedition. Other than tortoises, flying fishes, mackerels and swordfishes, the artist drew animals on the island of Mauritius that have now gone extinct: the Red Rail, the Mauritius Blue Pigeon and the dodo amongst others. Due to the accuracy of these drawings, these works have become more than just a ship's journal, but also a invaluable source of natural history. All one hundred drawings, some of which are in colour, have been reproduced in this book.
Summary in Dutch:
Kort voor de oprichting van de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC) in 1602 werd in Amsterdam de tot dan toe grootste expeditie van de Nederlanders naar Azië uitgerust. De vloot van in totaal dertien schepen bestond uit twee eskaders, genoemd naar hun uiteindelijke bestemmingen. Deze Atjehse en de Molukse vloten stonden onder commando van de admiraals Jacob van Heemskerck en Wolfert Harmensz.
Dit boek, het honderdste deel in de reeks Werken van de Linschoten-Vereeniging, bevat het scheepsjournaal van de Gelderland, het admiraalsschip van Wolfert Harmensz. Het journaal of dagregister bevat gegevens over de zeeslag bij Bantam, waar Wolfert met slechts drie schepen en twee jachten een enorme Portugese armada van zo'n dertig schepen versloeg. Het journaal is echter om een geheel andere reden volkomen uniek te noemen. Deze bron, bestaande uit twee perkamenten banden, bevat namelijk een honderdtal kwalitatief hoogstaande en tijdens de reis gemaakte schetsen en tekeningen van kustverkenningen, porselein, mensen en dieren. Naast zeeschildpadden, vliegende vissen, koningsmakrelen en zwaardvissen tekende de kunstenaar van de Gelderland op het eiland Mauritius in 1601 een reeks inmiddels uitgestorven vogels: de rode ral, de Indische raaf, de blauwe duif en de dodo. Deze laatstgenoemde loopvogel, door de bemanningsleden ook wel walgvogel of kermisgans genoemd, is thans het nationale symbool van de republiek Mauritius. Door de zorgvuldige wijze waarop de dodo en de andere dieren zijn getekend, ontstijgt het journaal van de Gelderland het niveau van een gewoon Nederlands scheepsjournaal en wordt het een natuurhistorische bron van onschatbare waarde. Alle honderd tekeningen, waarvan een aantal in kleur, zijn in dit boek opgenomen.